Was het maar zo eenvoudig. Geen enkele organisatie wil daar mee geconfronteerd worden, en toch komt het voor. Wat zijn daar nu de oorzaken van? Maak in ieder geval gebruik van de fraudedriehoek!
Fraude driehoek
De fraudedriehoek werd in 1973 geïntroduceerd door criminoloog Donald Cressey in zijn boek Other people’s money met als subtitel a study in the social psychology of embezzlement. Het model geeft de 3 factoren weer die aan de basis liggen van frauduleus handelen. Deze factoren zijn motivatie, rationalisatie en gelegenheid.
Een vierde factor, die meestal niet in het model voorkomt, is bekwaamheid. Je moet wel de kwaliteiten hebben om fraude te kunnen plegen. Als je bijvoorbeeld niets van financiële systemen begrijpt, dan is het lastig geld verduisteren. De reden dat bekwaamheid wat mij betreft geen aparte pijler is, is dat je dit prima onder gelegenheid kan scharen. Ben je niet bekwaam, dan heb je dus niet de gelegenheid fraude te plegen.
Wat kan je met de fraudedriehoek?
De fraudedriehoek helpt verklaren waarom mensen fraude plegen. Ontbreekt een van de 3 pijlers, dan is frauduleus handelen uitgesloten. Andersom is het niet zo dat wanneer aan de 3 voorwaarden is voldaan, een individu altijd fraude pleegt.
Maar wat is fraude eigenlijk? Fraude kent vele verschijningsvormen, maar in het algemeen kan je stellen dat het gaat over bewuste misleiding voor persoonlijk gewin. Oftewel, fraude is het op een niet legitieme manier voordeel voor jezelf proberen te behalen.
De drie zijden van de fraudedriehoek
Laten we nu elk van de zijden van de driehoek, motivatie, rationalisatie en gelegenheid, in meer detail bekijken.
Motivatie/druk
Motivatie gaat over de beweegredenen voor het plegen van fraude. Die redenen lopen sterk uiteen, variërend van geldproblemen tot hebzucht. Grofweg zijn hierin twee categorieën te onderscheiden, namelijk financiële druk en persoonlijk gewin.
Bij financiële druk gaat het om zaken als het hebben van schulden, willen handhaven of streven naar een bepaalde levensstandaard of geconfronteerd worden met onverwachte uitgaven. Persoonlijk gewin heeft te maken met hebzucht en geen genoegen nemen met wat je hebt.
Een financiële prikkel, zoals een prestatiebonus, is een combinatie van beide categorieën. Enerzijds levert dit financiële druk op, terwijl het anderzijds ook zeker gaat over persoonlijk gewin.
Rationalisatie
Rationalisatie is het goedpraten van je eigen gedrag. Mensen zijn hier ontzettend goed in, omdat we in onze eigen gedachten altijd de held zijn. Verschijningsvormen van rationalisatie zijn:
- “Ik ben slecht behandeld, dus ik heb er recht op.”
- “Iedereen doet het” of erger: “Het hoger management doet dit ook.”
- “Ik moest wel, anders… (verlies ik mijn baan, haal ik mijn doelen niet, etc.)”
- “De directeur heeft al genoeg geld.”
- “Ik doe helemaal niets verkeerd.”
- “De verzekering betaalt de schade wel.” Of “We betalen al zoveel premie.”
- “Ik word toch niet betrapt.”
Rationalisatie gaat over je eigen instelling. Je hebt de mogelijkheid fraude te plegen, maar doe je dat ook? Niet iedereen die de motivatie en gelegenheid heeft om te frauderen zal dat doen, omdat het in hun hoofd niet te rechtvaardigen is.
Gelegenheid
Gelegenheid gaat over de omstandigheden die fraude mogelijk maken. Denk aan slechte interne controles, vage processen, slechte documentatie en onduidelijke verantwoordelijkheden en taken. Ken jij binnen jouw organisatie mogelijkheden voor het plegen van fraude zonder betrapt te worden?
Ook slecht leiderschap kan fraude in de hand werken. Als leider heb je een voorbeeldfunctie en als je het zelf niet te nauw neemt met de regels, wat voor voorbeeld stel je dan voor je medewerkers?Gelegenheid is de enige zijde van de driehoek waar je als organisatie de volledige controle over hebt.
Praktijkvoorbeelden van fraude
Fraude wordt vaak breed uitgemeten in de pers, zeker wanneer het grote organisaties betreft. Je hoeft dan ook niet lang te zoeken naar voorbeelden. Denk aan het schandaal met sjoemelsoftware voor dieselauto’s of de fraude bij een gerenommeerd notariskantoor.
Ook op kleinere schaal kennen we allemaal de voorbeelden van frauduleus handelen, bijvoorbeeld bij belasting- of verzekeringsfraude. Je kan nu, op basis van de fraudedriehoek, verklaren waarom mensen dit doen. In het kort: het kan, levert persoonlijk gewin op en de pakkans is erg klein (of misschien heb je zelfs de gedachte dat iedereen dit doet).
Hoe helpt de fraudedriehoek fraude voorkomen?
We weten nu welke ingrediënten fraude in de hand spelen, maar hoe voorkom je frauduleus handelen? Ook hierbij is het nuttig de drie zijden van de fraudedriehoek te analyseren:
- Motivatie/druk. De motivatie voor fraude kan je waarschijnlijk niet direct wegnemen, maar het is wel van belang signalen tijdig op te merken. Lijkt een medewerker ontevreden of heeft deze plotsklaps een luxere levensstijl, ga dan het gesprek aan. Let in het bijzonder op wanneer het verloop van personeel hoog is, in geval van een reorganisatie of wanneer de branche als geheel het moeilijk heeft. Onvrede en financiële onzekerheid liggen dan op de loer en daar moet je alert op zijn.
- Rationalisatie. Laat geen onduidelijkheid bestaan over wat wel- en niet mag binnen je organisatie. Onderwijs je personeel daarin, bijvoorbeeld via trainingen. Zorg dat, zeker vanuit het management, het goede voorbeeld wordt gegeven. Goed voorbeeld doet goed volgen.
- Gelegenheid. Zorg dat de interne controles binnen je organisatie op orde zijn. Screening van je personeel, heldere processen en een 4-ogen principe helpen daarbij.
Bovenstaande maatregelen zijn geen garantie op het voorkomen van fraude, maar je verkleint de kans op fraude wel aanzienlijk. Uiteindelijk zullen er altijd mensen zijn die frauderen, omdat ze geen genoegen nemen met wat ze hebben.
Bron: nabl.nl